GR5A | Proven – Houtem | 10.01.21

GR5A

In het eerste schoolweekend van 2021 strik ik mijn wandelschoenen vast voor de laatste westelijke etappe van de GR5A: na vandaag sluit ik het eind van Geraardsbergen naar Sluis. Vanuit Proven, waar ik twee maand eerder in het stikdonker was geëindigd, trek ik naar Houtem, mijn startpunt iets voor nieuwjaar. Over de 27 km doe ik iets minder dan 6 uur effectief.

’s Zondags rijdt de Belbus niet voor tienen uit, dus start ik meteen aan de markt van Proven, om pas aan het eind van de dag met enige marge terug te bussen. Zo kan ik toch nog wat van het ochtendlicht genieten. Het plan is strak, en de ijzige aanslag op een wachthokje draagt me een warm hart toe. Ik heb er gelijk zin in.

hou vol

Achter berijmde takken ligt de Sint-Victorkerk. Het is 9:30, kort na zonsopgang dus, maar het licht is nog warm.

Sint-Victorkerk Proven

Boven haar Lourdesgrot groet ’s ochtends ook Onze Lieve Vrouw de dingen. Dag ventje met de fiets (zonder fiets vandaag). Da-aag Maria!

Lourdesgrot Proven

Alles voelt als een nieuw begin.

ochtendzon

De plassen en poelen zijn dichtgevroren, de hemel is een pasteldégradé. Over mijn wangen biggelen tranen. Het is de kou die prikt, hou ik me voor. Een melodie uit vervlogen jaren gaat met me aan de haal. Blue sky / icy air / stabbing in the lungs. Heerlijk.

ochtendlicht
ochtendlicht / Proven
ochtendlicht

Als ik weer land, blijkt er een Flore geboren … een vreugde van geluk, zoals een kerstkaart me ooit toewenste.

de Landing
hier gebore: Flore

Met ‘Karel de Blauwer’ herdenkt men in Haringe de vele smokkelverhalen die deze grensstreek rijk is, een literaire verdichting door priester-schrijver Julius Leroy.

Karel de Blauwer

Het bemoste, kromgetrokken bordje naast het beeld wegwijst me naar de romaanse Sint-Martinuskerk. Die is helaas op slot, maar ervoor blaakt het van het leven: met hun plastic graafmachines baggeren twee jongetjes geestdriftig de schollen op de plassen stuk. Het zal een oerdrift zijn.

Sint-Martinuskerk Haringe

Ik passeer ook de prachtige pastorij. Tot begin jaren 80 gooide de vermaarde priester-pater Djoos Utendoale daar de deuren open voor al wie daar nood aan had; nu rust hij naast zijn kerk.

pastorij Haringe

Hij schreef in het sappigste Westvlaams: in het dorpje siert een van zijn vele spreuken een gevel. Méér moe ‘k nie hên om my te jeun’n.

Geef-my ê dorp om in te weun'n

Het pad leidt me verder door de akkers, maar af en toe terugblikken kan ik niet laten.

Haringe in tegenlicht

In het winterlicht zijn de ijsweiden haarscherp. Bij ieder ademen snijdt de lucht.

ijswei

Een wandelpoortje op het Kerkebeekpad is vandaag nog door geen mensenhand beroerd.

enkel voor wandelaars

Bij elke bocht ontvouwt het landschap zich in nieuwe wintertinten. Er lijkt een filter over te liggen, een onaardse aardsheid die wortelt en verheft tegelijk. Hoe kan dit alles zo mooi zijn, vraag ik me meermaals af.

winterlicht
ijsakker

Als ik Roesbrugge binnenloop, wisselt het berijmde lachend kakske van Vrije Basisschool De Krekel me weer op een prozaïscher spoor. Die ochtend aan de schoolpoort: Zyj nog underweg? Nink, ben drol. Lachen, gieren, drollen.

lachend kakske

De kerstverlichting hier is trouwens helemaal in thema corona gehouden. Moet kunnen.

coronakerst / Roesbrugge

Niets in het centrum bereidt me voor op het fenomenale uitzicht op het brugje over de IJzer. Als een kind groet ik alles: Dag visserke-vis met de pet / pet en pijp / van het visserke-vis / goeiendag.

de IJzer in Roesbrugge

Ik sta enkele minuten te kijken, en sla dan het pad langs de rivier in. Een eerste brugje ligt er zo spekglad bij dat me weg voel schuiven. Daarna klamp ik me wijselijk met beide handen aan de reling vast.

brugje langs de IJzer

Alles baadt in het zonlicht.

langs de IJzer
langs de IJzer

Heel plots komt er dan over de weilanden echter mist opzetten – in luttele minuten verandert de omgeving totaal. Net zoals maanden eerder in Axel laat ik me door de wattige deken helemaal omwikkelen, en geniet.

mist komt opzetten langs de IJzer
mist langs de IJzer
mist langs de IJzer

In Stavele steek ik de IJzer over, en ja, ook ik fotografeer de antieke GR-bordjes. De handbelettering is teh cute, en ook de verweerde artisanale veelhoeken spreken me aan. Iedereen heeft gewoon gelijk.

oude GR-wegwijzers Stavele

Om me heen niets dan mist, mist, mist.

mist boven de IJzer

Aan de overzijde staat een al even bekende afspanning, met zo’n dijk van een naam voor een West-Vlaamse hiphopgroep dat ik er heeltegans Jaloes van word: Nog altijd op één / Van de zee in Oostende tot de straten van Men’n.

In 'T Hof van Commerce / Stavele

Op een splitsing verderop gaat het richting Gijverinkhove.

wegwijzer
mistige akker

In de dorpskern schrik ik van de gedachte aan een troep overstekende kinderen. Ook hier loert het gevaar.

AARGH OVERSTEKENDE KINDEREN

In een wei staat even verderop kunst. Abstract of figuratief, ik kom er niet uit. In ieder geval zet het stuk zijn beste beentje voor.

weidekunst in Gijverinkhove

De Sint-Petruskerk pronkt dan weer met haar hoogsteigen Christo, netjes ingepakt voor de winter. The mind boggles.

De Christo van Gijverinkhove

Het is allemaal onwezenlijk onwerkelijk.

tegenlicht

Op een lange strook onverhard dwars door de weilanden houd ik even halt om een kudde bieten over te laten.

overstekende bieten

Nu heb ik er nog schik in, want ik heb geen besef van wat komen gaat. De voortekenen zijn er nochtans al. De ondergrond verslijkt zienderogen, en op de schuivende klei heb ik nauwelijks grip.

polderen

Een paar meter voor de straat kom ik vast te zitten in een immense modderpoel en sla achterover, pardoes in een plas ijs.

geen doorkomen aan

Als ik rechtkrabbel, zak ik met beide voeten tot ver over mijn enkels in de smurrie, die me steeds verder naar beneden zuigt. Langzaam schiet ik wortel. Ten langen leste zit er niets anders op dan me met blote handen voet voor voet vrij te graven. Dan worstel ik me naar de kant, en meet de schade op: mijn rugzak, mijn broek, mijn schoenen, alles is doornat en buikloopbruin.

na de plons

Erger is dat ik op de volgende modderstukken een pak minder zelfzeker ben. Het lijkt of ik vanaf nu urenlang door het slijk slak.

modder

Aan de beschermde voormalige herberg In de doode mannen kom ik op asfalt weer veilig op adem. De naam verwijst naar een drooggevallen waterput (een ‘manne’), dus ik vermijd het al te bekaf te kijken.

IN DE DOODE MANNEN

Een bont gezelschap alpaca’s heeft me gezien. Ze dingen om mijn aandacht, en de middelste gaat voor het goud. Geen wonder dat hij zo gelukkig kijkt.

alpaca 1ste prijs

En dan ben ik er, in Houtem. Ik neem alvast een plastic zak uit mijn tas om de zetels van de Belbus niet te bevuilen, en het duurt geen tien minuten of ie is er al. Van perfecte timing gesproken!

In Roesbrugge moet ik overstappen naar Proven, en even geniet ik nog wat van het avonduitzicht over de IJzer, nu in totaal anders licht, en ik denk aan Monets Kathedraal van Rouen. Soms hoef je het niet ver te zoeken.

De IJzer in Roesbrugge

Wát een etappe om het jaar in te zetten. Met Djoos Utendoale: Dat’ol êweest hed dát’ wúlt / Noöis moe’j’ jun moed úpgeev’n / Va’doage ku’j’ were herbegúnn’n / An de reíste van jun leev’n.

Welaan dan. Recommençons!

Nog foto’s:

winterlicht

Een gedachte over “GR5A | Proven – Houtem | 10.01.21

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s