GR128 | Pittem – Deinze | 18.03.21

GR128

Op een gure donderdag in maart kunnen mijn klassen met uitgewerkte leerpaden aan de slag, en een ambulante zoomsessie zal de middagvergadering wel opvangen: een eigenhandig gunstig gestemd gesternte voor een lokale voettocht. Ik vertrek van thuis uit met de fiets richting Pittem, om door eigen streek richting Deinze te trekken. Over de 33 km doe ik in totaal 6,5 uur effectief.

Op zich zit het weer niet mee. De hemel kleurt migrainewit, en ik heb het gevoel in de melkglazen beschermkap van een tl-lamp te turen. Een zonnebril heb ik op deze miezerdag domweg niet bij. Anderzijds is dit vuil-vale licht ook een spiegel van de ziel. Ik doe het ermee.

Pittem
self

Achter de N50 liggen de akkers er nog doods en verzopen bij. Het wintert nog net, en eindeloze witte plasticzeilen lijken te elfder ure nog een ersatzkerst te ambiëren. Sneeuwblind haast beweeg ik me van markering tot markering door dit areaal van varkensboer en aspergekweek.

akkers
20210318_111546
gr-markering
wit wit wit

Over de horizon hangen sluiers regenmist; de lucht ruikt naar zompe zoden. Dit is mijn streek, en het wringt me dat ik hier op de buiten zo weinig kom op dagen als deze. Een voornemen.

regensluiers

Een boer kijkt toe hoe een krat in een gracht is gekukeld. Hulp is onderweg – van een boerenstee verderop kruipt een remorque dichterbij.

boer met krat

De somberheid doorbrekend kondigen een tros narcissen en een trio boombloesems de lente aan.

bloesems

De silo’s van een varkensboerderij willen een eigen streek-GR vormen. Gek toch dat de Leie er nog geen heeft, eigenlijk, terwijl er zo veel oude armen en natuurgebieden zijn. Andere GR’s volgen hier en daar stukjes van haar loop, dat wel, maar een eigen internationale langeafstandroute van bron tot monding zou toch mooi zijn.

gr

In de verte prijkt een breukstenen toren: de Onze-Lieve-Vrouwekerk van Tielt, de stad waar ik mijn middelbare school afsloot, vandaag een uitgelopen vlek ver aan de einder.

Tielt

Het duurt niet lang of ik bereik de top van de Poelberg, waar ik naast Bernadette inhoud aan de lourdesgrot. Ook dit is bekend terrein: in de afspanning ernaast hielden we nog niet zo gek lang geleden een familiereünie.

Poelberggrot

Een oord van schrille devotie is het. Veeleer toepasselijk gaven anonieme onverlaten de frommelige spandoekmaria psychedelisch verwijde pupillen.

Poelberggrot
Poelberggrot

Afdalend naar Aarsele passeer ik de Poelbergmolen, hier in bedrijf sinds de 17de eeuw, en slechts minimaal beschadigd tijdens de wereldoorlogen. Op een van de weegbanden (de schuin opstaande balken aan de voet) staat sinds 1726 te lezen: 

BESCH / ERM GOEDT VOOR ALLE / LIEN
DAN WORT GHY / GERREN GHESYEN /
EN ALS GHY HYER / VERLIEST HET LE / VEN
GODT SAL V/ DEN HEMEL GHEVEN /
EN MARIA MET VER / LANGHEN
SAL V / IN HAR RYCK ONT / FANGHEN.

Welaan dan. Ik weet me veilig.

Poelbergmolen
Poelbergmolen

Aan de voet van de heuvel, op het grondgebied Dentergem, liggen het relatief recente Meikensbos, dat het in de loop der eeuwen versnipperde Dendrombosch deels in ere herstelt. Een jong domein dus, maar met potentie. Ik wandelde er eerder al eens in de zomer, en met z’n 50 hectare is het afwisselend genoeg om een poos in rond te dwalen.

20210318_135539
Meikensbossen
Meikensbossen

Op een kluitje naast een loods verschuilen zich uit de wind drie pinguïns. Natuurlijk gedrag, zo ver van huis.

pinguïns

De hemel kleurt nog steeds dramatisch loodwit en zilver op tin en staalgrijs. De flapperende serrezeilen doen me ergens aan denken, maar ik krijg er de vinger niet achter. Iets scifi, als het biosphere-experiment, maar toch net wat anders. Ik blijf het antwoord schuldig.

wit : grijs

Zeker ook in deze contreien lijdt de HEER.

20210318_144544

Door de velden gaat het richting Wontergem, de grens tussen Oost- en West-Vlaanderen tegemoet.

veldwegel

Het is altijd een genoegen als de GR ongemarkeerd doodlopende wegen inslaat: in de regel steven je dan af op een onverhard stuk.

doodloopt

Dit is een kruispunt – vanaf de wandelboom lopen de GR128 en de GR129 een kilometer of wat samen door de dorpskern en langs de spoorweg.

bordjes

In die dorpskern breng ik hulde aan de in Wontergem geboren flandrien Lucien Buysse, nu bijna een eeuw geleden eindwinnaar van de Tour de France in 1926.

Lucien Buysse

Een verlaten loods stamt op het oog ook nog uit die periode; in ieder geval is de tijd er blijven stilstaan.

hangar

Met ogen van bloed staart een ransuil me na. Mensen en hun voortuinen…

uil

Onverhoeds passeer ik een hekwerk vergeten opgeknoopte coronaknuffels. Wat ooit een hartverwarmend idee leek doet na een natte winter meer denken aan de gekruisigden langs de Via Appia na de Spartacusopstand. Hier vloeien ’s nachts vast pluchen tranen.

covidknuffels

Op een vlonderpad gaat het door een bescheiden strook natuur. Het door het zich terugtrekkende Belgische leger opgeblazen spoorwegbrugje over de Vondelbeek werd door de Duitsers gelukkig fotogeniek heropgebouwd.

vlonderpad Grammene
Vondelbeek brugje
vlonderpad Grammene

Aan het kerkhof van Grammene doet een knothaag een best geslaagde impressie van de vredeseilandenmannetjes.

Grammene

‘Nooit meer oorlog’, maant ook een kunstwerk naast het ondulerende kwik van de Oude Leiearm.

NOOIT MEER OORLOG
Oude Leie
Grammene

De zonnige wilgenkatjes en een AKWA-dispenser zorgen voor vrolijker noten.

wilgenkatje
AKWA

Het is zowat kilometer stappen door het groen naar de Lorenzobrug, een knappe vierendeelbrug (een Belgische techniek – zo een was het die Streuvels’ Waterhoek teleur deed gaan) met na protest tegen de geplande bouw van een klinknagelloze betonbrug nog steeds een oversteek voor fietsers en voetgangstas.

Lorenzobrug Grammene
Lorenzobrug Grammene
Lorenzobrug Grammene

Daarna gaat het onverhard verder langs de Leie, tot het weggetje uitgeeft op het jaagpad, en je het centrum van Deinze binnenloopt.

langs de Leie
VISSER PAS OP

Mijn trein is op komst, dus er is weinig tijd om veel rond te kijken. Alleen het wondpleisterblauw van een centrale loods wil ik vastleggen.

blue box

Het nabije, semi-vertrouwde herbergt altijd weer verrassingen, blijkt steeds opnieuw. Dit voor sommigen misschien nietszeggende stuk Vlaanderen moet helemaal nergens voor onderdoen. Dus allen: komt dat zien.

Meer foto’s:

uil

   

GR5A | Proven – Houtem | 10.01.21

GR5A

In het eerste schoolweekend van 2021 strik ik mijn wandelschoenen vast voor de laatste westelijke etappe van de GR5A: na vandaag sluit ik het eind van Geraardsbergen naar Sluis. Vanuit Proven, waar ik twee maand eerder in het stikdonker was geëindigd, trek ik naar Houtem, mijn startpunt iets voor nieuwjaar. Over de 27 km doe ik iets minder dan 6 uur effectief.

’s Zondags rijdt de Belbus niet voor tienen uit, dus start ik meteen aan de markt van Proven, om pas aan het eind van de dag met enige marge terug te bussen. Zo kan ik toch nog wat van het ochtendlicht genieten. Het plan is strak, en de ijzige aanslag op een wachthokje draagt me een warm hart toe. Ik heb er gelijk zin in.

hou vol

Achter berijmde takken ligt de Sint-Victorkerk. Het is 9:30, kort na zonsopgang dus, maar het licht is nog warm.

Sint-Victorkerk Proven

Boven haar Lourdesgrot groet ’s ochtends ook Onze Lieve Vrouw de dingen. Dag ventje met de fiets (zonder fiets vandaag). Da-aag Maria!

Lourdesgrot Proven

Alles voelt als een nieuw begin.

ochtendzon

De plassen en poelen zijn dichtgevroren, de hemel is een pasteldégradé. Over mijn wangen biggelen tranen. Het is de kou die prikt, hou ik me voor. Een melodie uit vervlogen jaren gaat met me aan de haal. Blue sky / icy air / stabbing in the lungs. Heerlijk.

ochtendlicht
ochtendlicht / Proven
ochtendlicht

Als ik weer land, blijkt er een Flore geboren … een vreugde van geluk, zoals een kerstkaart me ooit toewenste.

de Landing
hier gebore: Flore

Met ‘Karel de Blauwer’ herdenkt men in Haringe de vele smokkelverhalen die deze grensstreek rijk is, een literaire verdichting door priester-schrijver Julius Leroy.

Karel de Blauwer

Het bemoste, kromgetrokken bordje naast het beeld wegwijst me naar de romaanse Sint-Martinuskerk. Die is helaas op slot, maar ervoor blaakt het van het leven: met hun plastic graafmachines baggeren twee jongetjes geestdriftig de schollen op de plassen stuk. Het zal een oerdrift zijn.

Sint-Martinuskerk Haringe

Ik passeer ook de prachtige pastorij. Tot begin jaren 80 gooide de vermaarde priester-pater Djoos Utendoale daar de deuren open voor al wie daar nood aan had; nu rust hij naast zijn kerk.

pastorij Haringe

Hij schreef in het sappigste Westvlaams: in het dorpje siert een van zijn vele spreuken een gevel. Méér moe ‘k nie hên om my te jeun’n.

Geef-my ê dorp om in te weun'n

Het pad leidt me verder door de akkers, maar af en toe terugblikken kan ik niet laten.

Haringe in tegenlicht

In het winterlicht zijn de ijsweiden haarscherp. Bij ieder ademen snijdt de lucht.

ijswei

Een wandelpoortje op het Kerkebeekpad is vandaag nog door geen mensenhand beroerd.

enkel voor wandelaars

Bij elke bocht ontvouwt het landschap zich in nieuwe wintertinten. Er lijkt een filter over te liggen, een onaardse aardsheid die wortelt en verheft tegelijk. Hoe kan dit alles zo mooi zijn, vraag ik me meermaals af.

winterlicht
ijsakker

Als ik Roesbrugge binnenloop, wisselt het berijmde lachend kakske van Vrije Basisschool De Krekel me weer op een prozaïscher spoor. Die ochtend aan de schoolpoort: Zyj nog underweg? Nink, ben drol. Lachen, gieren, drollen.

lachend kakske

De kerstverlichting hier is trouwens helemaal in thema corona gehouden. Moet kunnen.

coronakerst / Roesbrugge

Niets in het centrum bereidt me voor op het fenomenale uitzicht op het brugje over de IJzer. Als een kind groet ik alles: Dag visserke-vis met de pet / pet en pijp / van het visserke-vis / goeiendag.

de IJzer in Roesbrugge

Ik sta enkele minuten te kijken, en sla dan het pad langs de rivier in. Een eerste brugje ligt er zo spekglad bij dat me weg voel schuiven. Daarna klamp ik me wijselijk met beide handen aan de reling vast.

brugje langs de IJzer

Alles baadt in het zonlicht.

langs de IJzer
langs de IJzer

Heel plots komt er dan over de weilanden echter mist opzetten – in luttele minuten verandert de omgeving totaal. Net zoals maanden eerder in Axel laat ik me door de wattige deken helemaal omwikkelen, en geniet.

mist komt opzetten langs de IJzer
mist langs de IJzer
mist langs de IJzer

In Stavele steek ik de IJzer over, en ja, ook ik fotografeer de antieke GR-bordjes. De handbelettering is teh cute, en ook de verweerde artisanale veelhoeken spreken me aan. Iedereen heeft gewoon gelijk.

oude GR-wegwijzers Stavele

Om me heen niets dan mist, mist, mist.

mist boven de IJzer

Aan de overzijde staat een al even bekende afspanning, met zo’n dijk van een naam voor een West-Vlaamse hiphopgroep dat ik er heeltegans Jaloes van word: Nog altijd op één / Van de zee in Oostende tot de straten van Men’n.

In 'T Hof van Commerce / Stavele

Op een splitsing verderop gaat het richting Gijverinkhove.

wegwijzer
mistige akker

In de dorpskern schrik ik van de gedachte aan een troep overstekende kinderen. Ook hier loert het gevaar.

AARGH OVERSTEKENDE KINDEREN

In een wei staat even verderop kunst. Abstract of figuratief, ik kom er niet uit. In ieder geval zet het stuk zijn beste beentje voor.

weidekunst in Gijverinkhove

De Sint-Petruskerk pronkt dan weer met haar hoogsteigen Christo, netjes ingepakt voor de winter. The mind boggles.

De Christo van Gijverinkhove

Het is allemaal onwezenlijk onwerkelijk.

tegenlicht

Op een lange strook onverhard dwars door de weilanden houd ik even halt om een kudde bieten over te laten.

overstekende bieten

Nu heb ik er nog schik in, want ik heb geen besef van wat komen gaat. De voortekenen zijn er nochtans al. De ondergrond verslijkt zienderogen, en op de schuivende klei heb ik nauwelijks grip.

polderen

Een paar meter voor de straat kom ik vast te zitten in een immense modderpoel en sla achterover, pardoes in een plas ijs.

geen doorkomen aan

Als ik rechtkrabbel, zak ik met beide voeten tot ver over mijn enkels in de smurrie, die me steeds verder naar beneden zuigt. Langzaam schiet ik wortel. Ten langen leste zit er niets anders op dan me met blote handen voet voor voet vrij te graven. Dan worstel ik me naar de kant, en meet de schade op: mijn rugzak, mijn broek, mijn schoenen, alles is doornat en buikloopbruin.

na de plons

Erger is dat ik op de volgende modderstukken een pak minder zelfzeker ben. Het lijkt of ik vanaf nu urenlang door het slijk slak.

modder

Aan de beschermde voormalige herberg In de doode mannen kom ik op asfalt weer veilig op adem. De naam verwijst naar een drooggevallen waterput (een ‘manne’), dus ik vermijd het al te bekaf te kijken.

IN DE DOODE MANNEN

Een bont gezelschap alpaca’s heeft me gezien. Ze dingen om mijn aandacht, en de middelste gaat voor het goud. Geen wonder dat hij zo gelukkig kijkt.

alpaca 1ste prijs

En dan ben ik er, in Houtem. Ik neem alvast een plastic zak uit mijn tas om de zetels van de Belbus niet te bevuilen, en het duurt geen tien minuten of ie is er al. Van perfecte timing gesproken!

In Roesbrugge moet ik overstappen naar Proven, en even geniet ik nog wat van het avonduitzicht over de IJzer, nu in totaal anders licht, en ik denk aan Monets Kathedraal van Rouen. Soms hoef je het niet ver te zoeken.

De IJzer in Roesbrugge

Wát een etappe om het jaar in te zetten. Met Djoos Utendoale: Dat’ol êweest hed dát’ wúlt / Noöis moe’j’ jun moed úpgeev’n / Va’doage ku’j’ were herbegúnn’n / An de reíste van jun leev’n.

Welaan dan. Recommençons!

Nog foto’s:

winterlicht

GR5A | Houtem – De Panne | 29.12.20

GR5A

Op een van de laatste dagen van het aflopende jaar is middelman verrassend bereid tot een (wis en waarachtig!) korte etappe op de GR5A. In 4 uur effectief, gezien de ondergrond best knap, lopen we de 18 km van Houtem naar De Panne, vanwaaruit de kinderen en ik eerder al naar Nieuwpoort trokken.

Net zoals vorige keer rijden we naar bezoekerscentrum Duinpanne. Op dit vroege uur staan we op de uitgestrekte parking zoals vanouds moederziel alleen. Toch gek dat zo weinig mensen er ’s ochtends al opuit trekken, terwijl je dan net de drukte voor bent, en het licht zo ongelooflijk mooi is. Een kort stukje wandelen dan, en de Belbus pikt ons op.

Bezoekerscentrum Duinpanne

Met open armen worden we in Houtem ontvangen.

welkom in Houtem

De massieve Onze-Lieve-Vrouw-Hemelvaartkerk zien we zich nog een hele tijd koesteren in de opgaande winterzon.

Houtem
Houtem

In dit vlakke land, deels enkele meters onder zeeniveau, liggen de akkers er verzopen bij. Zoals in de hele polderstrook hebben wolken en wind hier vrij spel.

Houtem

Een uur lang omtrekken we de zendmast die de skyline domineert. Verkeerdelijk ga ik uit van een telefonietoren, maar later lees ik dat hij oorspronkelijk diende in de Koude Oorlog, en ook dat hij in 2021 door de Belgische Staat per opbod verkocht werd voor maar liefst 5 miljoen euro. Welke gek hoest zo’n bedrag op voor een bouwvallig gevaarte als dit? Jump Trading, zo blijkt, een Amerikaanse flitshandelaar die hiermee de afstand tussen de beurzen van Frankfurt en Londen zo kort mogelijk wilde houden. Hightech-neokapitalisme bachten de kupe.

Zendmast Jump Trading Houtem

Op kaarsrechte wegen lopen we het poldergebied De Moeren / Les Moëres in, waar het oude moeraslandschap vanaf de 17de eeuw in verschillende fasen, na meerdere dijkbreuken en ten slotte de inundatie van de IJzervlakte, in 1950 voorlopig definitief werd drooggelegd.

De Moeren
Les Moëres

Kilometers lang loopt de GR hier pal op de grens.

Grensstraat

Een eerste stuk is nog verhard, maar dan is er zo ver het oog reikt alleen slijk. Avontuur puur.

De Moeren
De Moeren

We balanceren op de paar zoden die wat stevigheid bieden en klampen elkaar vast, maar voor middelman, die met sportschoenen onderweg is, vallen natte voeten niet te vermijden. Mijn voorziende geest wel een reservepaar kousen in de rugzak gestopt, en met mijn sjaal als handdoek is het ergste leed gelukkig al snel geleden.

natte sokken

Links en rechts van de grens speur ik naar noemenswaardige verschillen, maar hier zijn die er niet. Grijzig en blank ligt de klei aan weerszijden, met slechts een handvol verspreide bomen die de wind enigszins temperen.

Frans veld
Vlaams veld

Eentonig wordt het nooit: steeds weer zijn er overwiekende zwanen en grote zwermen kleinere vogels, op kijkafstand slaat ons een troep reeën gade, en er is natuurlijk de weg zelf, die hier meer dan ooit het doel op zich wordt.

De Moeren
De Moeren

Vlak voor de E40 kruisen we een van de grote landerijen hier, het Groot Moerhof, met in de achtertuin een oorlogsbunker. We zijn onder de indruk.

Bunker bij het Groot Moerhof

Heel even lopen we een eindje Frankrijk in, waar Camping Le Ringsloot een en al sfeer en gezelligheid ademt. Daar zijn onze zuiderburen ware keien in. Interessant is wel de naam: die verwijst naar de afwateringslus die het hele gebied omspant.

Camping Ringsloot

En dan zijn er de Duinen van Cabour, een van de best bewaarde fossiele duingebieden van West-Europa. In dit uitgestrekte gebied lag tijdens WW1 een Belgisch militair hospitaal, waar in 1915 Marie Curie in eigen persoon de radiologie-uitrusting kwam installeren. Nu lijkt het Waterschapsheuvel wel, en heerst er vrede.

de Duinen van Cabour
Kasteel-Hospitaal Cabour
Peace

Achter het domein lopen we nu echt richting kust.

Adinkerke

We dwarsen de verbindingsweg en de Veurnevaart, en komen dan aan in het laatste gebied van vandaag, het natuurreservaat De Westhoek.

Vlaanderen / Vlaanderen / West-Vlaanderen / Adinkerke
Natuurreservaat De Westhoek

Er zijn duindoorn, pittige hellingen en vergezichten, maar middelman houdt het inmiddels wel zo’n beetje voor bekeken. Jammer, want dit is een van de ruigste stukken kust die de GR te bieden heeft. Tussen alle bruinen, gelen en groenen, en onder de dreigende lucht, voel je je ondanks de andere wandelaars even alleen.

duindoorn
Natuurreservaat De Westhoek
Eli

Op en af gaat het, diep de duinen in.

Natuurreservaat De Westhoek
Natuurreservaat De Westhoek

Als dat de sfeer van de Sentier du Littoral is, dan moet die op mijn lijstje. Voor als het ooit weer mag.

GR-wandelboom

We schampen nog Plopsaland, en door het Calmeynbos lopen we de laatste meters. Eindbestemming: De Panne.

Het is mooi geweest, jazeker, maar vooral gewoon mooi – wat mijn compagnon de route, nadat de inwendige middelman versterkt is, toch ook beaamt.

Nog foto’s, met onder meer méér middelman:

De Moeren