GR12 | OLV-Waver – Lier | 15.04.21

GR12

Wandelen met kinderen betekent middenwegen zoeken. Met flink wat kilometers in de benen is een kortere etappe als tweede luik van onze driedaagse aangewezen. 13 km geeft het topogidsje aan, van het oude plaatsje Onze-Lieve-Vrouw-Waver terug naar Lier. We nemen ’s ochtends de bus om in de namiddag niet voor verrassingen te staan – een beschimmeld idee, blijkt later. In totaal stappen we ruim 3 uur over de toch bijna 15 km.

Voor nu en straks slaan we in Onze-Lieve-Vrouw-Waver op het driehoekige dorpsplein leeftocht in. Zo volumineus verpakt is het assortiment koeken dat ik er een plastic tasje bij vraag, dat ik na een eerste smikkelronde aan mijn dagrugzak knoop.

OLV-Waver

De suikerrush doet de onderlinge genegenheid pieken.

langs het Vossenbergbos

Met vereende krachten laten we op verzoek al meteen een paard met rust.

PAARD GERUST LATEN !!!

We lopen door het Vossenbergbos en de Brede Zijpe, beide deel van wat ooit het Waverwoud was. Een trio woerden doet wat woerden doen zo vroeg in het seizoen: studentikoos samenhokken, samenzweerderig somberend op de donkere meren van het jonkmanleven. Voor de vrouwtjes is er nog tijd.

Brede Zijpe

Het is nog vroeg in de lente, en fris loof laagt zich op oud groen. Broer en zus lopen naar een dichtgespijkerde hut als in een grimmig sprookje. Knibbel knabbel knuisje, wie eet daar uit het vuistje?

Brede Zijpe

Achter de bomen verschuilt zich Fort Koningshooikt, in 1914 door het oprukkende Duitse leger in brand geschoten en geëvacueerd. Intussen is het animo weer op zijn normale lage peil gezakt, en ballonnetjes om een ommetje te maken worden lek geprikt. Ach ja.

Brede Zijpe

Op het einde van het Witte Relenspad neem uiteraard alleen ik het saaie sas.

Trui / Brede Zijpe

In het gehucht Beukheuvel vergezellen ons twee katten: een zwarte ligt verscholen in het hoge gras, een gehavende siamees loert ons toe uit haar ene goede oog. Interacties.

poezebeesten

We passeren ook tal van bunkers uit de KW-linie, van Koningshooikt tot het Waalse Waver, een van de gordels die België in WW2 voor de Duitsers moest beschermen. Allemaal vergeefs.

KW-linie

De lucht dreigt. Wolken pakken samen.

serre

Intussen is het voornamelijk verhard stappen, langs en over de Hage- en de Itterbeek. Ik ben allang blij dat er af en toe wat kleine variaties te bedenken vallen: zelfs een kasseistrook naast een gracht is een godsgeschenk. Steeds schoorvoetender schuifelt het vooruit.

kasseistrook

De zon wedijvert met de wolkendeken. Zilver en geel bijten zich in ons vast.

contrasten

Over een stuk privégrond gaat het verder, en in de verte lonkt Lier.

GR+BUNKERPAD
Lier

Met het doel in zicht is elk veld een veld te veel, botst elke akker op gesakker. Bokkig verdwijnen handen in zakken. Ook onze linie breekt.

akker
beu

In verpreide slagorde kruisen we het Netekanaal.

Netekanaal

De laatste loodjes wegen op het gemoed. Niets saaier om af te stappen dan een jaagpad – daar had ik bij de planning rekening mee moeten houden. Op een bankje zijgen ze neer; ik houd wijselijk een moment afstand.

neerzijgen langs het Netekanaal

Hierna volgen we de Kleine Nete. Zaak is de verharde ondergrond zo avontuurlijk mogelijk te maken, voorwaar niet simpel. Gelukkig neemt middelman het voortouw, en het muizel volgt.

Anderstad

De zwaluwen zijn teruggekeerd, en zij niet alleen… Tussen het kanaal en Lier ligt het natuurgebied Anderstad, thuis voor tal van vogelsoorten, onder andere de visdief. Maar ik ken er zelf te weinig van, en het gezelschap sleept me verder.

zwaluwen
visdiefeiland

De rek is er helemaal uit nu.

pain

In het Stadpark dring ik aan op een klassieke broer-zus-foto op een morantisch boogbrugje, die me met tegenzin wordt toegestaan.

stadspark

Het voorlaatste highlight is het Begijnhof van Lier, Unesco-werelderfgoed. Het is er even prachtig als in Kortrijk, Gent, Leuven, Brugge. Stemmiger wordt het zelden in Vlaanderen.

begijnhof Lier
begijnhof Lier

Er is ook een kruisweg op rijm die me erg aanspreekt. Daerom klinkt het van hun lippen / Simon, help dien Man in ’t gaen. Heerlijk. Van de taal alleen al knapt een mens op.

begijnhof Lier
begijnhof Lier

Ik laat het muizel nog snel poseren aan het Hemdsmouwken, het nog geen meter brede brandstraatje waar Felix Timmermans’ Juffrouw Symforosa woonde, het begijntje dat als een blok viel voor Martienus de tuinier, die – zonder weet van haar gevoelens – monnik besluit te worden. ’t Is al kommer dat kwelt.

Hemdsmouwken / begijnhof Lier

En dan komen we bij het echte symbool van Lier, de Zimmertoren. In de middeleeuwen was de ‘Corneliustoren’ nog deel van de stadsomwalling, maar mettertijd raakte hij volledig in verval en was hij voor de sloop bestemd. Begin vorige eeuw kreeg de bouwval ter gelegenheid van 100 jaar Belgische onafhankelijkheid echter een facelift-met-astronomisch-uurwerk, de Jubelklok, ontworpen door Louis Zimmer en geïnstalleerd door vrijwilligers. Wonderschoon, en een waardige afsluiter van deze tweede dag.

Zimmertoren

Op het appartement lassen we wat rust in. Het knutselmuizel gaat met kraaltjes aan de slag, en intussen maak ik spaghetti. Het doet goed even op adem te komen.

kraaltjes

Later op de avond, als onze grote borden wat gezakt zijn, trekken we nog even de stad in, en raak ik aan den drink, gelukkig zonder veel erg…

Aan den Drink

Op naar morgen!

Meer foto’s:

Zimmertoren

GR12 | Broechem – Lier | 14.04.21

GR12

In de tweede week van de paasvakantie ga ik op driedaagse met twee van mijn kinderen. We lopen een eerste bescheiden stuk van de GR12, het langeafstandspad Amsterdam – Brussel – Parijs, in drie haalbare etappes door de Kempen: voor ons ver buitenland. Gepakt en gezakt doen we op de eerste dag 4 uur effectief over de ruim 17 km van Broechem naar Lier, waar we twee nachten in een centraal gelegen studiootje verblijven.

Eerst brengen ons langzaam maar zeker trein en bus naar de vertrekplek. Er wordt wat gelezen, veel getekend, mal gecaprioold, en al gauw om een eerste versnaperpauze gebedeld. Zoals dat zo gaat, met kinderen op schok.

treinen
pauze in  Berchem
fratsen op de bus

Zelfs in relatieve rust jagen ze hun stappenteller aan…

Startpunt is Broechem, in coronatijden toepasselijk een deelgemeente van Ranst. Aan het Kattengangeske wordt aanvankelijk nog enthousiast geposeerd, tot onze verkenner grimassend terugstuift.

Kattegangsken

Naast een blik Red Bull heeft een rat er het aardse voor het eeuwige gewisseld, zo blijkt. RIP rat. (Meteen moet ik aan Ripred denken, een personage uit Gregor The Overlander, het boek dat middelman aan het lezen is. Alles haakt in elkaar.)

rip rat

Het muizel is in alle staten en met geen stokken tot passeren te bewegen. Dan haar maar op mijn arm gehesen. In gedachten herdoop ik het tot Rattengangeske: een begin een queeste waardig.

Zelfs in deze eerste kilometer wordt op verschillende instabare momenten lauw, zelfs stug gereageerd. Nu al sloffen de schoenen over het asfalt. Inertie laat zich moeilijk verdrijven. Ik vervel tot motivatiecoach en beloof beterschap, maar weet niet hoe lang ik het volhoud. Afwisseling zal geboden zijn.

kreupel
kreupel

Aan de horizon vallen flarden regen.

20210414_121101

Gelukkig loont in april ook buiten Haspengouw het boomgaardkijken. De perelaars tooien zich communiewit, en tussen de bloesems is het op en top genieten, beamen ook mijn reisgezellen.

20210414_121450
20210414_121700

Even is het gissen naar het doel van de horizontale bamboepakketjes; we houden het op mini-insectenhotels.

20210414_121650

In Emblem dan is het blijkbaar in achterafsteegjes streetwise om baasjes in het Engels te wijzen op de uitlaten van hun honden.

NO!

Een curiosum is de lokale gevangenis, die vroeger deel uitmaakte van het gemeentehuis, en in gebruik bleef tot de jaren 30. Een cachot met cachet.

gevangenis Emblem

En wel, wel, wel: spellend Emblem heeft zelfs een echte Perec! Yes. — Excellent! Wegen en weggetjes, we nemen ze tevreden, rechtstreeks en snel. Welke weelde Les événements se pressent!

Kesselsesteenweg

Een eerste keer dwarsen we de Kleine Nete. Het bruinige water staat laag. Aan duiken is geen denken.

Kleine Nete
Kleine Nete

De beemden van de meander ernaast vormen een natuurgebied, maar erg uitnodigend vinden we het niet. Hier fietsen in beter weer moet erg fijn zijn, maar te voet is een jaagpad vaak driewerf meh. Door de bomen schemeren plassen, en er zijn ! PAALTJES. Alsof iemand een GR-markering heeft gezaaid en die nu impudicusgewijs is opgeschoten.

plas
paaltjes

De kinderen worden lichtbalorig.

vermoeidheid

Tot mijn opluchting bereiken we het belangrijkste natuurgebied van vandaag: de Kesselse Heide. Jaren in wanbeheer mismeesterd, nu een verademing. Plots loopt alles over van energie. Klimbomen zijn steevast een hit.

Kesselse heide
Kesselse heide
Kesselse heide
Kesselse heide

Niet ver achter het provinciaal domein ligt al meer dan honderd jaar Fort Kessel, dat echter nooit een militaire rol van betekenis speelde, net zoals eigenlijk de hele bunkergordel hier. Nog maar half afgewerkt kapotgeschoten in WO1, alras verlaten en opgeblazen in WO2. Nu huizen er vooral vleermuizen.

Fort Kessel

Een boogscheut verder houden we kort halt bij een ingewerkte Onze Lieve Vrouw. Voor ingeworteld kwaad is echter weinig raad.

van goede raad

We lopen door Kloosterheide, een zanderig gebied waar het gesnerp van kettingzagen tussen de bomen hangt. Vandaag wordt er actief beheerd. Her en der is van bomen de bast doorgezaagd.

Kloosterheide
Kloosterheide

Het laatste eind brengt ons opnieuw langs de Nete, waar eveneens gesnoeid wordt.

Kleine Nete

Een twijgje noopt tot een impromptu impressie van pony.

Kleine Nete - prancing pony

Eerder onderweg was er sprake van een duo zwanen met halzen die een hart vormen. Dichter bij dat beeld dan deze eenden komen we vandaag niet. Veel stelt het op zich niet voor, maar aan bepaalde verwachtingen is toch maar weer tegemoetgekomen.

duckhart

Een dankprevel is op zijn plek.

wees gegroet

Op de brug over het Netekanaal uit zich ons aller aard:

RUND
spook

We passeren nog de visplas van de Koninklijke Netezonen …

visplas Koninklijke Netezonen

… maar dan zijn we er zowat. Door de knappe Lisperpoort lopen we de vesten van Lier over.

Lisperpoort
Lier

Het is welletjes geweest: het centrum verkennen we later wel. Eerst pakken we uit in onze studio, daarna doen we inkopen, en dan is er de beloofde frietjesberg, mét een lokale specialiteit: de Schapenkop, naar de bijnaam van de Lierenaren. Echt iets om trots op te zijn.

schapenkop

Samen kijken we nog naar WALL·E, die de kinderen om een of andere reden helemaal vergeten waren, en dan zit onze eerste dag erop. Bedje binnen, en 🐑🐑🐑🐑🐑 aftellen tot we morgen weer op pad mogen.

Dat het fijn was!

Meer foto’s:

schapenkop