GR5A | Brugge – Wenduine | 15.12.20

GR5A

Op een zonnige dinsdag midden december trek ik op de GR5A van Brugge naar Wenduine, waar ik een dikke maand eerder met de kinderen gestrand ben. Toen wandelden we volgens het topogidsje maar driekwart dagetappe: het stuk landinwaarts zou er voor hen echt te veel aan zijn geweest. Dat betekent wel dat de sowieso al pittige etappe van Brugge naar Houtave een flink pak uitdagender wordt: in totaal stap ik een kleine acht uur effectief over de 38 km.

Het is nog aardedonker als ik iets voor achten het station van Brugge uit loop, de voetgangerstunnel richting Sint-Michiels in. Op mijn school zijn er nog examens, en ook hier gonst aan de poorten gestrest geroezemoes. Met mijn handen stevig in mijn zakken duim ik symbolisch.

Tunnel Station Brugge

In de karaktervolle deelgemeente passeer ik onder meer de Krachtbalvelden Etienne Schotte, genoemd naar de uit Sint-Michiels afkomstige bedenker en bezieler van deze sport, waar ik ook ooit een initiatie in kreeg. Nu nog voel ik de zwaarte van het ribbelleer op mijn palmen. Heft, heet dat in goed Engels, wat bij ons slechts een zeulend werkwoord is.

Krachtbalveld Etienne Schotte
Bekers krachtbal

Het duurt niet lang of ik bereik de doorsteek onder de Expressweg, die baadt in een gouden gloed.

Tunnel Expressweg

In de achterliggende residentiële buurt vergaap ik me aan exotische tuinornamenten; een conisch geschoren buxus-met-hoofddraagmand steekt een moai-beeld naar de kroon.

Raar dit
moai

Langs de weg staat ook een mitrailleursnest, een restant van de hier gevestigde Marinehauptstelle Brügge, waar tijdens WW2 radioboodschappen van het scheepsverkeer op de Noordzee werden onderschept. De Amerikaanse blindganger op de sokkel voor het nest herinnert aan operatie Ramrod (‘laadstok’), die in juni 1944 de Duitse basis in puin legde, samen met een groot deel van Sint-Michiels. Een paar generaties later lijken de dood en het verderf gebannen in een infobord. Niemand die er zijn slaap voor laat.

Kasteel "Ter Linden"

En dan is er bos. Nog maar half gebroken is de ochtend, en het licht wil nog niet mee.

bospad

Ook in mijn hoofd huist nog de zotte morgen.

zelfie

De GR5A volgt een heel eind de Brugse Drie Kastelenwandelroute, die langs oude hofstedes en statige heerlijkheden slingert. Het eerste is het omwalde neogotische Kasteel van Tillegem, dat hier al meer dan acht eeuwen in verschillende metamorfosen de wacht aanzegt.

Kasteel van Tillegem

Betoverd door de aanblik heb ik geen oog voor het dreigende gevaar, en geveld zijg ik neer. Desuz un pin i est alez curanz / Sur l’erbe verte s’i est culchet adenz, echoot het zacht.

Gevaar vallende pijlen

Tot mijn wederopstanding staat het geboomte pal in somber saluut.

Kasteelbossen

Het is nog net geen winter, maar zo voelt het wel.

plas

Ik steek de N32 over, en passeer de Privé-Academie van beeldhouwer Johan Nyssen, waar Europa door Zeus meegevoerd wordt. Ze lijkt te genieten, en ik graaf in mijn geheugen: was het een roof of toch verleiding? Ik moet passen.

Europa

Langs de E40 meme ik voor eigen vermaak van John Travolta, en met luide glimlach loop ik alweer een bosweg in.

Zeeweg
Zeeweg

Door het slinkend groen in een van de tuinen spied ik een kolossaal, knalrood konijn. Ik hoop vurig dat het een vrije keuze was, en geen kwaadwillige grap van misnoegd personeel of een gefnuikt familielid, en dat er waarlijk mensen bestaan die bij nacht en ontij, of ’s ochtends met een piekige sufkop, zo’n monstrum voor het raam willen zien staan. ‘Het staat er nog’, zuchten ze dan opgelucht, en kunnen er weer tegen. Zo moest men kunnen zijn.

Kasteelbossen

In het park loop ik langs Kasteel Tudor, een neogotisch landhuis in privébezit. Kunstige negblokken geven de raamkozijnen een postzegelrand. Mooi, maar dat ik in de linkertoren opeens een grijnzende varkenskop herken legt een smet op het geheel.

Kasteel Tudor

Een spijtig malheurtje heb ik voor in de bossen eromheen, en schuldbewust poseer ik naast deze lokale stammentwist, urkelend van Did I do that?.

oepsie

Niet veel verder loop ik door Domein Beisbroek, waar in het kasteel een natuurcentrum en volkssterrenwacht gehuisvest zijn. Op afgepaste afstanden staan er verbeeldingen van de planeten: deze Mercurius, maar ook Venus, Aarde, Mars, en een heel eind verderop Uranus.

Mercurius
Uranus

Een knoestige boom kan er niet bepaald om lachen.

:-(

Plots steekt er lichte paniek op: door al mijn fratsen lijk ik al een eeuwigheid onderweg. Wat te bruusk zet ik er stevig de pas in, wat ik niet veel verder dubbel en dwars bekoop. Durchatmen, tempo houden, en gewoon weiter, weiter.

Op het grondgebied van Varsenare is er tuinkunst. Naast een gevlamd-glazen obelisk is er ook een impressie van kubus. Ik hou daar wel van: het verslaat de sleur, verruimt de blik. Wie ben ik om te oordelen?

obelisk
ok is goed

Ook aan de BLINDEN is gedacht.

! BLINDEN

Een statige dreef voorziet in zinneprikkelend tactiele kerfkunst. Je zult maar boom zijn hier.

ELS = SEKS
piet

Ik loop even om naar het centrum, en naast het kerkje maak ik met enige weerzin gebruik van een goor publiek toilet. Vanaf nu sla ik geen ongesloten dixicabines meer over, neem ik me voor.

Varsenare

Weer buiten, op het kerkhof, is er hulde voor andere helden.

Varsenare

Op een muur naast een speelpleintje en een skateramp lacht me graffiti toe.

Varsenare

Een onverlaat bestemde de installatie tot zinnebeeld van ware liefde. Ook tot hier is allesverterend realisme opgerukt.

WARE LIEFDE IS ...

Verder gaat het langs velden en akkers, langs eindeloze dreven en lanen.

Varsenare
zwins

Het is uit met de pret.

uit met de pret

Ik kruis de Oostendse Vaart, en raak op een bankje aan de kout met een kwieke oudere dame, die hier haar fiets heeft gestald. Het zijn de eerste woorden die ik vandaag gewisseld heb. Samen genieten we een moment van de stralende hemel.

Nieuwebrug

Maar ik moet verder, de Meetkerkse Moeren in, een uitgestrekt laagland doorstoken van grachten en kanaaltjes.

Meetkerkse Moeren
Meetkerkse Moeren

Leeg en zompig is het landschap, dat de luchten tot hun recht laat komen.

Meetkerkse Moeren

Het pad is deels verhard, deels op verlaten, drassige boerenwegen.

Meetkerkse Moeren

Sommige plekken klinken als schuttingtaal.

MOERZWIN

Ik rol een hi hodverdoms moerzwin op mijn lippen, en hoop dat niemand me heeft gehoord. Snel het hazenpad kiezen, langs de Blankenbergse Vaart.

HAZENPAD
Blankenbergse Vaart

Op een spie in de T-kruising van Mareweg en Molenweg staat sinds midden 18de eeuw de Veldkapel van Meetkerke. Binnen koestert Maria innig haar kind.

Marewegkapel
Marewegkapel

Op het biljartlaken buiten is er weinig wat de blik weet vast te houden.

tussen Meetkerke en Houtave

Op een fietsknooppunt landt een valkje.

valk

Wie in verstedelijkt gebied woont heeft geen benul meer hoe in deze uitgestrektheid de wiekslag van zwermen vogels honderden meters ver te horen is.

zwerm

Nederig ga ik de confrontatie aan met duizenden levende wezens die mijn doen en laten gadeslaan.

ganzen

Ik vind het verontrustend en rustgevend tegelijk, en voel me vooral ontzettend op mezelf geworpen. Uren al heb ik geen mens meer gezien.

op pad

De avond kondigt zich aan. Er rest wel nog wat tijd, maar na mijn nachtelijke avonturen in Proven lokt het vooruitzicht in het donker te moeten stappen me niet echt aan. Ik versnel wat, voor zover dat gaat.

Houtave

Houtave voorbij stopt de weg en gaat het door de modder verder, kilometers ver, zover het oog reikt.

Houtave
modders

Ik moet denken aan het middelbaar, toen we van een godsdienstleerkracht in een in mijn herinnering met bruine jute of vilt bekleed kubusvormig en gedempt lokaal de opdracht kregen te berichten over een ‘meerervaring’. Dit moet er een zijn, bij ’t dumsteren van den dagDe zon smelt weg doch monkelt nog een rooden avondlach / alover ’t veld dat, uren lang doorploegd en omgereden, / nu rusten gaat. Het zijn verzen van Albrecht Rodenbach:

En hij en spreekt geen enkel woord, maar grimlacht in zijn eigen.
Waarom? De brave man en zoû ’t niet weten zoo gij ’t vroegt;
maar ’t is voorzeker omdat hij zoo neerstig heeft geploegd,
omdat zijn land daar open ligt, zoo schoon, voor veite en waatren,
en dat de kleintjes rond hem zoo onschuldig zijn aan ’t taatren
gelijk de vogels onder ’t loof en door het hemelsblauw.

avondzon

Ik passeer de Kleine Schamele Weze, Vlaanderens meest poëtische beek, en zie hoe de zon nu echt verdwijnt.

Maar allengs heeft ’t roode licht
der ondergaande zon het dak bekroond en d’hooge boomen
met vurige kroon; nu sterft het uit, de blauwe verten doomen,
het dumster smelt gedaante tot eene onbepaalde schim,
en langzaam statig rijst de nacht ter donkerende kim.

Kleine Schamele Weze
polders

Het is niet ver meer nu. Aan de horizon piekt de piramide van vakantiepark Aquamundo, en ik weet me bijna aan de kust. Hier viert men vakantie.

Aquamundo De Haan

Aan het begin van de dag had ik nog gehoopt op een zonsondergang aan zee, maar ik heb vrede met de dag. Als ik de Duinbossen bereik, komt spoedig al de tram en heeft het geen zin meer het strand te willen bereiken.

Duinbossen Wenduine

Stram van lijf en leden laat ik me naar Oostende voeren, vanwaar het loom en knikkebollend huiswaarts gaat.

Wenduine Konijnenpad

Meer foto’s:

Varsenare

GR5A | OOSTENDE – WENDUINE | 09.11.20

GR5A

Het begin van de week verlengde herfstvakantie belooft stralend weer. De kinderen hebben genoten van onze eerdere escapade aan de kust, en het kost me weinig moeite hen over te halen tot alweer een wandeling, ditmaal van Oostende naar Wenduine. De 18km oostwaarts leggen we af in vier en een half uur effectief.

Onze auto parkeren we iets over de vismijn, tussen de vaargeul van de Voorhaven en het Visserijdok, op de parking vlakbij het veer. Het is er nog heerlijk rustig. We vergapen er ons vooral aan de VOLE AU VENT, een kolossaal offshore jack-up installatieschip waarmee windmolenparken geïnstalleerd worden. Voorbij het Zeewezendok liggen de ontzagwekkende masten en wieken al klaar.

Eli en Trui

Een metalen sluisbrug geeft uit op de Slipwaykaai, waar een kolonie meeuwen de staketsels van de scheepshellingen voor zich alleen claimt. De droogzetinstallatie ademt verval, maar voor hetzelfde geld is ze nog in gebruik: de macht van de zilte sloopmachine Noordzee is moeilijk in te schatten.

meeuwen

Op de blinde muur van een van de loodsen daar prijkt driewerf anamorf Delfts blauw, een trompe-l’oeil van kunstenaar Leon Keer. De doemscenario’s op de faience waarschuwen onopvallend voor de gevolgen van de klimaatopwarming – hét import-export-product van onze tijd.

trompe-l'oeil

Aan de overkant van de geul ligt het Klein Strand, met op het Zeeheldenplein Arne Quinzes signaalkleurige sculpturencluster: blasfemisch-rode kunsttereur volgens de enen, een markante blikvanger volgens anderen. De waarheid ligt zoals zo vaak niet in het midden.

Oostende

In ieder geval leidt de groep mijn aandacht af van het bordje dat er echt toe doet, en in een moment van onverhoedsheid dreig ik finaal theatraal vast te komen te zitten in een verraderlijke vlek drijfzand. Het gevaar dreigt overal. Mijn kinderen staan erbij en generen zich dood.

gevaar

We stappen verder, langs overblijfselen van de Atlantikwall: de luchtafweerbatterij Halve Maan, en Batterij Hundius, in de Tweede Wereldoorlog gebouwd door Russische en Oekraïense krijgsgevangenen, met geschutskazematten, munitiebunkers en plaats voor manschappen. Nu is het gebouw in handen van de Belgische Zeemacht. Wie weet waar het goed voor is.

Batterij Hundius

We schampen ook het 19de-eeuwse Fort Napoleon, maar dat deden we eerder al eens aan, dus laten we het gebouw rechts liggen en lopen meteen de Spinoladijk op, die al meer dan een eeuw lang de duinen tegen de getijden moet beschermen.

Oostende

Naamgever Ambrogio Spinola was een nobele onbekende voor me, maar hij blijkt de militaire strateeg te zijn geweest die tijdens de Tachtigjarige Oorlog een eind maakte aan het jarenlange Beleg van Oostende. Met dit onfortuinlijke worstelperk was ook Vlaanderen ooit een Troje rijk. In Den Nassauschen laurencrans uit 1610 klonk het over die periode zo:

t Belegh van Oostende passeert Troye en Carthago
Oostends langh belegh, ‘t gewelt aldaer bedreven,
Met al die listigheyt, en mannelijcke feyten:
Soodanigh zijn, dat noch Troia, noch ‘t verheeven Carthago,
met daer om d’eer sullen durven pleyten.

We wagen ons tot de vloedlijn, en worden strandlopers onder strandlopers. Vooral middelman zuigt de branding aan. Op de nipper kunnen we natte voeten vermijden.

Oostende
Eli

Het zand is allesbehalve egaal of uniform. Onder de wisselende wolkendeken glimt het olieachtig, soms goud, soms gitzwart, als waart hier de geest van duizenden besmeurde vogels rond. Onze stappen laten indrukken waarvan de strakke wanden haast meteen uiteenrafelen, en waarin grondzeewater welt. We zijn slechts bezoekers hier.

Oostende

Ter hoogte van Bredene ondertunnelen we de duinen richting centrum, belust op een middagversnapering. Op het plein prijkt pront “De wind”, het prikkelend-uitdagende brons van kunstenaar Irénée Duriez, dat in de volksmond ook wel “Blote Betsy” heet. Blote Betsy, provocatief en toch puur natuur – waar toepasselijker dan in Bredene, waar in de voorbije coronazomer ter betere spreiding het naaktstrand even weer textielstrand werd?

Blote Betsy

Inwendig versterkt trekken we verder. Als we na een stuk asfalt opnieuw de duinen in kunnen, zoekt middelman een knuistig knuffelcontact en blijft onbekommerd hangen.

Eli

De omgeving is al even gelukzalig. Gelen, groenen, grijs, roest en wit, met hier en daar een toets egelantier. Het mulle zand vertraagt, en wat we zien ademt vakantie.

Bredene
Bredene
Bredene
Bredene
Bredene

Het is natuurlijk zonde dat er door de bebouwingsdruk alleen korte stroken duingebied overblijven, maar wat er rest is prachtig. Voor wie wil kán de kust niet cliché worden.

Bredene

Onder ons opent zich intussen het weidse strand. Het uitzicht smeedt ons gevieren dichter aaneen – de drang tot een familieportret groeit. We schaduwmensen.

4

Op de duinkam trekken we dan verder richting De Haan. Het helmgras prikt me schelms in de benen en zo madeleinegewijs een ver verleden in, waar ik met mijn moeder en mijn broer zalige zomerdagen doorbracht in de Panne. Ik hoop dat mijn kroost hier even gouden herinneringen opdoet.

Trui, Rolf en Eli

Verderop lonkt de kersverse vuurtoren van kunstenaar Guillaume Bijl, een uitkijkpunt in een deels gerealiseerde reeks van soortgelijke constructies, onder de vlag Horizon 2025.

Vuurtoren Vosseslag

Daar, in Vosseslag, gaan we even van de duinen weg, versperd als die zijn door de met hekwerk afgezette Koninklijke Golfclub. Voor die extravaganza van Leopold II zijn we niet zo gewonnen, en de vingerwijzingen op de bestrating volgend geven we impactloos uiting aan ons proletarisch ongenoegen.

De Haan
Golf / De Haan

Via de Duinbossen van Klemskerke en de oude bedding van de stoomtramlijn komen we dan echt aan in De Haan, die vreemde concessie zonder hoogbouw, waar de belle époque stil is blijven staan.

Klemskerke / De Haan

De “plage boisée et fleurie“, zoals toentertijd le Cocq-sur-Mer werd gepromoot, is een speels stukje Vlaanderen, en in deze poppenhuiswijk was het dat Albert Einstein de zomer van 1933 doorbracht, tot het ook hier te gevaarlijk werd en hij naar de VS emigreerde. Zijn zittend standbeeld lopen we ijsjeslikkend voorbij.

De Haan
Den Haan

Eens uit het centrum resten ons nog de Duinbossen van Vlissegem en Wenduine. Op en neer slingert het pad, tussen zwarte den, abeel, esdoorn, wilg en populier.

De Haan
Trui

Iedereen houdt zich kranig, maar toch is het vet wat van de soep, en er wordt stiekem reikhalzend uitgekeken naar de wandelboom, die ons tot de kusttramhalte zal absolveren.

De Haan
De Haan
Rolf, Trui en Eli

Wenduine Konijnenpad, verder komen we vandaag niet. Maar wat deert dat, na zo’n schitterende dag? Bovendien leidt de route van hieraf het poldervlakke binnenland in, wat ik voor een latere solotocht reserveer.

Wenduine Konijnenpad

Terug in Oostende rest ons nog een stukje van de havenvariant, die ons op verhoogde bermen via de Wandelaarkaai, de ijsbergen aan de mijn en ook de onontkoombare VOLE AU VENT weer tot ons startpunt brengt.

Eli
Wandelaarkaai
Rolf en Trui

En daarmee is de circkel rond. Moe en vervuld van alle indrukken rijden we voldaan naar huis.

Meer foto’s:

gevaar